"Niets snap ik er van, geen sikkepit," riep Eucalypta. Ze zag er werkelijk heel zielig uit.
Met grote ogen tuurde ze in haar toverboek en je kon zien dat ze diep zat na te denken.
Zo diep, dat haar hoofd er pijn van deed. En daarom had ze een ijszak op haar kop gebonden. Dat was wel koud maar het hielp helemaal niet.
"En toch heb ik alles precies zo gedaan als het hier staat," murmelde ze. "Ik heb die regenbuikabouters opgestookt zoals ze nog nooit opgestookt zijn. Ik heb ze van alles beloofd. En is dat nou nog niet genoeg? Als alles goed was hadden ze Paulus allang opgehaald, maar die vervelende boskabouter zit nog steeds veilig in zijn kabouterboom. En ik maar wachten!"
Arme Eucalypta. Je zou bijna medelijden met haar krijgen.
Alweer een heksenstreek die mislukt was. Maar hoe kon ze ook weten dat Paulus helemaal niet in zijn kabouterboom zat? Hoe kon ze ook weten dat die slimme Oehoeboeroe haar plannetje had afgeluisterd, gewoon door de schoorsteen.
En nog minder kon ze weten dat Oehoeboeroe op dat zelfde ogenblik op een wolkje zat, met Paulus naast zich, en zich erg boos maakte.
"Het is een schande," riep hij, "een helendal zeer buitengemeen grote schande!"
De opperbuikabouterbaas vond dat Oehoeboeroe gelijk had en hij brulde tegen de regenbuikabouters: "Jullie moeten je schamen! Je had niet naar die toverheks mogen luisteren."
"Maar ze heeft ons opgestookt!" riepen de buikabouters. "Ze heeft ons van alles beloofd als we Paulus maar weg zouden blazen."
"Stilte!" bulderde de opperbuikabouterbaas en toen was het stil.
"Voor straf wordt er dit jaar niet meer gestormd of gehageld of gesneeuwd. Het enige wat jullie nog mogen doen, is Oehoeboeroe en Paulus heel rustig terugwaaien naar het grote bos. Hebben jullie dat goed begrepen?"
Toen fluisterden de regenbuikabouters: "Jawel, opperbuikabouterbaas, we hebben het begrepen!"
Lees nog een Januari verhaal.
©